Wereldmuziek: leuk, én bruikbaar in de lespraktijk
Docent: Anneke Frankenberg van het Charivari Trio
2, 16 en 30 november van 10.00 tot 13.00 uur in Parnassos, Utrecht
€ 140 voor cursusleden van Huismuziek, € 155 voor anderen
Meer informatie en inschrijven? Mail ons op info @ huismuziek.nl of kijk op de website.
Een korte cursus wereldmuziek aan voor (klassieke) muziekdocenten, die willen ervaren dat wereldmuziek niet alleen heel leuk en verrijkend is om zelf te spelen, maar ook heel goed is in te zetten in hun lespraktijk.
De docent ‘van nu’ wordt geconfronteerd met andere vragen dan vroeger, en met vragen waarvoor het antwoord vaak niet tijdens de opleiding is aangereikt. Vanuit de gemeenten en muziekscholen wordt gevraagd om te werken met grote groepen, vaak vanaf het begin al heterogeen, gericht op presentaties, met verschillende niveaus door elkaar. Leerlingen komen vaak niet meer binnen met het idee (alleen maar) klassieke muziek te willen spelen, maar willen ‘andere’ muziek, losser, meer speelplezier.
Tijdens deze workshop van 3 ochtenden zullen de docenten werken met muziek uit Oost-Europa (zigeunermuziek en klezmer) en Zuid-Amerika, en zo al spelende ervaren dat wereldmuziek, naast ontzettend mooie, rijke muziek heel geschikt is om aan deze vragen te voldoen.
In de workshop wordt alles in eerste instantie op een laag niveau aangeboden, zodat duidelijk is dat de muziek bij uitstek geschikt is om met beginners te werken. Het gebruikte materiaal is eenvoudig; dat wat er op het papier staat is voor de meeste amateurs meteen te spelen. Gaandeweg de workshop zal blijken, dat de notatie slechts een kapstok is om mee verder te werken: datgene wat er met de noten gedáán wordt, maakt de muziek steeds interessanter. Tegelijk is het daardoor mogelijk verschillende niveaus binnen één groep te bedienen, door ter plekke andere vragen te stellen aan de hand van het materiaal.
Een greep uit de dingen die voorbij zullen komen: uit het hoofd spelen, improvisatie, variatie, het maken van 2de stemmen, het spelen van begeleidingen op eenstemmige instrumenten, onregelmatige maatsoorten, exotische toonladders. Meestal thema’s die voor grote problemen zorgen als het gaat om beginnende leerlingen, maar aan de hand van deze eenvoudige, bruikbare stukjes heel goed gaan. En, het allerbelangrijkste: al op een heel beginnend niveau leerlingen met veel plezier laten (samen) spelen.
De eerste ochtend is vooral gericht op het zelf spelen, en zo aan den lijve ondervinden welke andere vaardigheden het spelen van wereldmuziek brengt, biedt en vraagt dan klassieke muziek. In de tweede ochtend wordt vooral gekeken naar de toepasbaarheid van deze dingen op allerlei soorten muziek. Ook in veel gangbare boeken in muziekonderwijs wordt geput uit een breder muziekgebied dan de klassieke muziek, en vaak is er met deze stukjes veel meer te doen, dan zo op het eerste gezicht lijkt. Voor de derde ochtend bereiden de docenten zelf iets voor uit hun eigen bronnen, en gaan we oefenen met het naar je toe trekken van het repertoire. Op deze manier worden de onderwerpen uit de cursus meteen toegepast in het eigen muzikale terrein van de docent, en blijft het geen kunstje dat niet verbonden is met de realiteit.
Bij de cursus hoort een paper met ‘tips & trics’. De gebruikte muziek zal via internet te beluisteren zijn.